Als je al gebruik maakt van mijn jaarplanning (klik hier voor meer informatie) dan sluiten deze documenten goed aan om verder te gaan met de themaplanning.

De voorbeelden van de documenten kun je onderaan dit bericht bekijken.

De themaplanning bestaat uit 3 documenten:

1. Themaplanning (blad 1)
Dit document print je 1 keer om je thema te plannen. Op het document kun je verschillende informatie kwijt die je op de jaarplanning al hebt ingevuld.
De themawoorden en de ontwikkelgebieden kun je bijvoorbeeld van de jaarplanning overnemen op dit document. Verder kun je hier een planning maken hoe je de hoeken (plus verteltafel) en je lokaal wilt inrichten tijdens het thema. Ook kun je hier het ontwikkelgebied bijschrijven dat de peuters dan spelenderwijs oefenen.
Download hier de themaplanning

2. Weekplanning (blad 2)
Dit document print je net zo vaak als de wekend dat je thema duurt. Voor elke week vul je een document in. Op dit document kun je invullen welke activiteiten je in de kring, gymzaal of buiten wilt doen met de hele groep. Je kunt de activiteiten afstemmen op de ontwikkelgebieden die in deze week centraal staan. Ook kun je de woorden van de week hier invullen. Je kunt je woorden van de week afstemmen op je ontwikkelgebied. Als je bijvoorbeeld als themawoorden snel en langzaam hebt kun je die gebruiken als je als ontwikkelgebied ‘Seriatie’ (bijvoorbeeld tegenstellingen) hebt en/of bij ‘Beweging’ (grove motoriek) en er een beweegactiviteit buiten aankoppelen.
Download hier de weekplanning

3. Activiteitplanning (blad 3)
Dit document print je net zo vaak als je een activiteit in de kleine groep wilt doen in een week.
Dus als je twee activiteiten per week plant print je dit document 2x de aantal weken van het thema.
Op dit formulier kun de je beschrijving van de activiteit kwijt, de ontwikkelgebieden en de benodigde materialen. Ook kun je aangeven welk verschil in de activiteit belangrijk is voor de jongste peuters en de oudste peuters. Bij de jongste peuters kan bijvoorbeeld het ontdekken van het materiaal (bijv. tijdens het spelen met zand) belangrijk zijn terwijl bij de oudste peuters je wilt oefenen met plaatsbepalende begrippen als in, onder, op, etc.
Download hier de activiteitplanning