Kaleidoscoop – Thema: Wonen

Initiatief/Sociale relaties
Het Huis:
Maak van het Huis een echte huis door er een bad (grote doos), douche (oude douchkop ophangen aan de muur) of een klein bed in te plaatsen.
Foto’s:
Laat de kinderen foto’s meenemen van hun huis. Laat ze voor hun huis staat op de foto. Hang de foto’s op zodat de kinderen naar de foto’s kunnen kijken en over hun huizen met elkaar kunnen praten.

Beweging
Huisjes:
Maak in de gymzaal huizen door matten verspreid in de ruimte te leggen. Trommel op de trommel en als je stopt moet iedereen in een huis gaan zitten, liggen of staan. Varieer steeds hoe ze in het huis moeten gaan.

Creatieve representatie
Deur:
Laat op het blad van de download een huis tekenen. Om een start te maken is alleen de deur afgebeeld de rest mag er bij getekend worden.
Download hier de deur
Eigen huis:
Maak een zwart/wit kopie van de huis foto’s van de kinderen. Laat elk kind hun eigen huis inkleuren.
Blokken:
Laat de peuters huizen maken met blokken of duplo.

Seriatie
Groot naar klein:
Laat de huizen in de download van groot naar klein leggen. Je kunt ook houten huizen maken door huizen op blokken hout (in verschillende groottes) te tekenen.
Download hier de huizen.

Ruimte
Ontdekbak:
Zorg voor nat zand in de ontdekbak. Met kleine blokjes en schepjes kunnen de kinderen nu huizen bouwen. Leg er ook bouwhelmen bij voor de kleine huizenbouwers.
Grote blokken:
In de Bouwplaats kunnen de kinderen met de grote blokken huizen bouwen. Hang in deze hoek foto’s op van verschillende huizen die nagebouwd kunnen worden. Als kinderen een mooi huis hebben gemaakt kun je daar ook een foto van nemen en deze foto erbij hangen.

Classificatie
Kamers:
Print de foto’s van verschillende ruimtes in een huis. Zorg voor (echt) materiaal dat in deze ruimtes hoort. Sorteer nu samen dit materiaal op de foto’s.
Download hier de kamers van het huis

Tijd
Wandeling:
Maak een wandeling door de buurt en bekijk verschillende huizen. Loop ook langs huizen van een aantal kinderen.

Taal
Versje:
In ons huis,
Zit in elke hoek een muis
(met je handen een dak vorm maken)
En ze trippelen en ze trappelen
(met je vingers lopen je armen)
En ze kriebelen en ze krabbelen
Op de tafel
(met je handen een ‘plank’ maken, middelvingers tegen elkaar)
en op de stoel
(ene hand recht omhoog andere horizontaal ertegenaan)
Op de bank
(zie op de stoel)
en op de kast

(handen verticaal tegenover elkaar)
En als ik roep VANG
(dit roep je luid terwijl je klapt)
Kruipen ze snel achter het behang
(handen op je rug)

(Bron: Onbekend)
Boeken:
Klik hier voor een lijst van boeken in het thema: Wonen

Hoeveelheid
Huizen tellen:
Download de huizen uit de blog die ik maakte voor juf Maike. Zorg voor genoeg poppetjes.
Tel samen de stippen op het huis en zorg dat er net zoveel mensen in dit huis gaan wonen door de poppetjes in het huis te zetten. Als variatie kun je er een dobbelsteen bij nemen en eerst gooien en kijken hoeveel stippen er zijn gegooid. Dan zoek je eerst samen het huis erbij met dezelfde hoeveelheid stippen.
Download hier de huisjes om mee te tellen
Torens maken:
In plaats van huizen kun je ook torens maken. Zet de blokken op elkaar en tel samen de blokken. Met hoeveel blokken kun jij een toren maken voor hij omvalt?

Muziek
Liedje:
Opa Bakkebaard
Heeft een huisje en in dat huisje is het goed
Opa Bakkebaard
Is aan het werken en weet jij wel wat hij doet?
Hij veegt de vloer
Met een bezem, met een bezem
Hij veegt de vloer
Zo veegt hij de vloer
(Bron: Herman Broekhuizen)
Je kunt op ‘de bezem’ nog meer variaties verzinnen. Je kunt daarvoor de kaarten van de download gebruiken. Hierop staan verschillende variaties die de kinderen uit de kaarten kunnen kiezen.
Download hier de liedjeskaarten van opa Bakkebaard